1.2 Op zoek naar een nieuw meervoudig, verstrengeld verhaal.


2190 woorden, leestijd: 9 minuten

Verstrikt in een web van betekenis



Yuval Harari schrijft in zijn boek Homo Deus, een kleine geschiedenis van de toekomst (2018) dat ieder mens geboren wordt in een bepaalde historische realiteit die beheerst wordt door de daarbij horende normen en waarden in een uniek economisch en politiek systeem.[1] Ik wil hier graag ecologisch en cultureel systeem aan toe voegen. Deze realiteit nemen we voor waar, omdat we ze als mens als normaal, onvermijdelijk en onveranderlijk zien, waarmee we vergeten dat het ook dikwijls toevallige of onbedoelde gebeurtenissen zijn geweest die onze wereld, zoals ze nu is, hebben geschapen.

Harari stelt dat intersubjectiviteit het enige is wat ons echt onderscheidt van andere soorten: als mensen zijn we erin geslaagd om in grote groepen samen te werken en een intersubjectief web van betekenis of een imaginaire orde te vormen, waarbij de imaginaire kracht de belangrijkste motor is in het creëren van de toekomst.[2] De geschiedenis is daarbij niet enkel van belang voor onze maatschappij, politiek en technologie, maar ook voor onze gedachten, dromen en angsten. Deze geschiedenis van gebeurtenissen en verhalen heeft voor ons ‘het normaal’ geschapen, en net daarom is het zo moeilijk om ons een ander toekomstbeeld voor te stellen dan de agri-logistiek.

Er is geen alternatief, hebben ze ons in de westerse wereld verteld. Het neoliberalisme, ontsproten uit de agri-logistiek, is ons de voorbije decennia aangeleerd als de enige weg tot bevrijding van het individu, en de eeuwige groei lijkt de enige manier om de ongelijkheid uit de wereld te helpen. Maar groei is makkelijk te bewerkstellingen, stelt Rushkoff, zolang er sprake kan zijn van uitbuiting, kolonisatie, goedkope natuur en een massale extractie van grondstoffen.[3] Latour noemt dit verhaal, ontsproten uit het neoliberalisme politieke fictie.[4] Om uit dit kleverige, maar blinkende web van betekenis te kunnen ontsnappen zullen we als samenleving+ eerst moeten ontleren dat er maar één weg kan zijn en dat de geschiedenis niet is opgebouwd uit één groot verhaal maar over een versmelting van een oneindig aantal verhaallijnen, perspectieven, toevalligheden en actoren.[5]

We merken langzaam dat de route, die ons totale individuele vrijheid en de heerschappij van de aarde belooft ons ontegensprekelijk naar de afgrond zal leiden. Het probleem met een gebrek aan alternatieven, of verbeelding is dat er wanhoop uitbreekt onder de rangen en wanhoop leidt tot paniek of demagogen die claimen de juiste weg te kennen. We weten ondertussen dat beiden slechte raadgevers zijn en hebben dus dringend nood aan nieuwe verhalen, nieuwe dromen, mythen en verbeelding om nog een kans te maken om als soort te overleven in het antropoceen. Dit werd nog maar eens duidelijk bij een recente onheilspellende peiling in België, uitgevoerd door de RTBF in oktober 2021, waarbij één derde van de ondervraagden aangaf zich te kunnen vinden in een autocratie, in plaats van een democratisch kiessysteem.[6] Een democratie zet immers in op een open einde, een autocratie schept een helder, maar eenzijdig en fictief verhaal.


Het belang van verhalen

Mensen denken immers in verhalen, omdat we op deze manier de wereld kunnen interpreteren, schrijft de Britse schrijver en eco-activist Monbiot, net zoals de Duitse historicus Philip Blom en media-theoreticus Douglas Rushkoff.[7] Het zorgt voor verbindingen, vertrouwen en een gemeenschappelijke toekomst. Samenlevingen worden gebouwd rond verhalen, niet op feiten alleen. Ook het huidige politieke falen, en het verzanden in polarisaties zijn volgens Monbiot en Blom een ernstig gemis van verbeelding. Daarom is het net zo jammer dat er in het institutionele onderwijs, waar we kostbare nieuwe generaties opleiden, nog steeds te weinig aandacht wordt gegeven aan het ontwikkelen van creativiteit, spelen, nieuwsgierigheid, samenwerken en een kritische ingesteldheid. Het zijn misschien net deze weke eigenschappen die nodig zijn voor het vinden van nieuwe wegen en verhalen in een onzekere en onstabiele situatie zoals het antropoceen. Niet alleen in de kunsten, maar ook in de wetenschappen en andere disciplines.

Feiten en cijfers verschaffen ons vitale informatie, schrijft Monbiot, maar het zijn net verhalen die onze geloofsovertuiging en toekomst scheppen.[8] Daarom voelen veel klimaat-wetenschappers zich soms zo machteloos als ze voor de zoveelste keer de tragische bewijzen tonen van de aankomende catastrofe, en er niets verandert. Sommige van hen nemen al afscheid van de huidige staat van de planeet, en bevinden zich al in het rouwstadium en worden activist zoals duidelijk werd door enkele getuigenissen van klimaatwetenschappers op de ASLE-conferentie aan de universiteit van Davis in 2019, waar ik aan deelnam. Het wordt duidelijk dat het niet langer enkel gaat over wetenschappelijke gestaafde bewijzen in het huidige politieke gevoerde klimaatdebat, maar ook over het belang van een verhaal. Er waren enkele getuigenissen van klimaatwetenschappers die in plaats van het vergelijken en objectiveren van de metingen, overgestapt waren, naar een rouwproces, of zelf klimaat-activist werden.[9] Ze zochten andere manieren om dit afscheid een plaats te geven, of om in actie te komen.

Daarenboven bevinden de klimaatwetenschappen zich volgens Latour in de kritieke zone, omdat iedereen expert -lijkt- te zijn van het klimaat omdat ze erin leven.[10] Het lijkt in vurige debatten of krantenkoppen soms mening tegen mening en woord tegen woord. En het is net, dit, het vertellen van verhalen en het creëren van een simpele, dikwijls niet bestaande, route dat demagogen zo goed kunnen. Het verhaal hoeft, zoals maar al te vaak blijkt, niet volledig met de waarheid te stroken. Elk procentje twijfel in de data is genoeg om een alternatieve waarheid te construeren die het bestaan van klimaatopwarming, of het antropoceen volledig ontkent.

Daarom is de strijd om de toekomst en het debat rond ecologie en klimaatopwarming ook een strijd om verhalen, schrijft Blom in zijn boek Het grote wereldtoneel. Over de kracht van verbeelding in crisistijd. ‘Het is een strijd over de vraag hoe de toekomst gedacht en aangevat kan worden, als verlenging van het heden, als terugkeer naar een denkbeeldig ideaal verleden of als terra nova, een witte vlek op de mentale landkaart, die in kaart gebracht moet worden’.[11] Philip Blom schrijft verder dat we van de wetenschappelijke methode de grondvesting kunnen maken van een narratieve benadering van onze wereld. Het betekent dat we vanuit nieuwe wetenschappelijk gefundeerde inzichten nieuwe verhaallijnen kunnen schrijven die zich uiten in taal en beeld, en zo de noodzakelijke transformaties kunnen vormgeven in onze samenleving om nieuwe, voorheen ondenkbare oplossingen te kunnen vinden. De kunsten een belangrijke rol spelen in deze vertalingen, en het scheppen van nieuwe inclusieve verhaallijnen en denkbeelden.

Net zoals de hoogsensitieve worteltoppen van een plant hun weg door barstjes in het beton kunnen vinden en het vervolgens via celdeling en celexpantie kunnen ontwrichten, zo kunnen er ook in de fundamenten van het oude verhaal nieuwe verhalen groeien.[12] Volgens Blom gaat deze transformatie van het oude naar een nieuw verhaal eerst over een vage intuïtie, een aanvoelen dat er een verschuiving heeft plaatsgevonden waardoor bestaande systemen en relaties plots onder druk komen te staan. Alles wordt onzeker. Net door deze onzekerheid gaan sommigen verstarren en zich vastklampen aan wat er was en proberen het oude verhaal te blijven herhalen als een veilige haven die in realiteit niet meer bestaat.[13]

Als tegenbeweging zullen we vanuit de wetenschappen, de politiek, gemeenschappen en de kunsten een nieuw realistisch, rizomatisch en betrouwbaar inclusief en participatief verhaal met een open einde moeten construeren, dat niet enkel de doemscenario’s van de Antropocene horror omschrijven in data, maar ook een positief beeld kan schetsen van een haalbare sociale inclusieve toekomst waarbij iedereen telt, en nodig is. We mogen dus niet enkel onze blik richten op alarmerende data, smeltende ijskappen, verhongerende ijsberen op de dool, verbrande koala’s, immense plasticbergen of chemische gifwolken, maar moeten misschien al loensend met één oog blijven uitkijken naar nieuwe wegen en een alternatief plot voor de mensheid en zijn/haar habitat, en tegelijkertijd kijken naar de ernstige ecologische bedreigingen. We moeten zoals bij de problemen durven stilstaan, of zoals Donna Harraway het omschrijft: ‘Staying with the trouble’.[14] Ik zal deze loensende blik verder uit de doeken doen in het hoofdstuk The Sustainist Gaze.

Volgens vooraanstaande denkers, met verschillende achtergronden zoals Monbiot, Rushkof, Latour, Stieglitz, Blom en anderen zou dit nieuwe verhaal kunnen gaan over samenhorigheidspolitiek, solidariteit, altruïsme en mededogen.[15] Een gemeenschappelijk nieuw verhaal, kan enkel werken, als het werkelijk inclusief is. Deze solidariteit zou echter niet enkel mogen gelden voor mensen, maar ook voor niet-mensen om een mogelijk leefbare planeet te kunnen behouden, aldus Latour, die ook een parliament of thingsvoorstelt om aan elk organisme handelingsvermogen te geven.[16] Het doet denken aan de Italiaanse bioloog Stefano Mancuso met zijn manifest over de rechten van de plant,[17] en aan de definitie van politiek zoals Rancière ze omschrijft in het boek De geëmancipeerde toeschouwer (2015), waarbij politiek gaat over het zichtbaar maken van de onzichtbaren in de maatschappij en hen handelingsvermogen verschaffen.[18]  

We zouden dus kunnen uitgaan van een meer open samenleving+ in plaats van een lege omwalde en gesloten samenleving.[19] Daarom kan dit nieuwe verhaal, dat zich afzet tegen het antropocentrische narratief, nooit enkelvoudig of eindig zijn maar altijd meervoudig, open, meerstemmig en vertakt zoals de rizomen van een plant. Het verhaal kan nooit statisch zijn, maar continu in transformatie en aftastend zoals een gesproken verhaal ook continu evolueert en zich aanpast aan de context, zoals het rizoom dat zich steeds in het midden bevindt, en toch continu in beweging is via de worteltoppen. Bij een nieuw verhaal hoort ook een nieuwe vertelling, een nieuwe toekomst en nieuwe manieren van verbeelden om dit alles te kunnen vormgeven. Ruskoff stelt dat we daarom het woord toekomst meer moeten zien als een werkwoord, en niet louter als zelfstandig naamwoord.[20] 

Dit verbeelden is volgens Guattari een continu esthetisch en existentieel proces.[21] Zoals Demos schreef is het zoeken naar nieuwe vormen van beeldtaal erg belangrijk om tegen het antropoceen te ageren.[22] Blom schrijft dat het vinden van nieuwe beelden voor deze uitdaging het vredesproject is van deze tijd. Een vredesproject om de oorlog van verhaallijnen, en dus de oorlog tegen de toekomst -onze toekomst- te stoppen.

De kracht van de kunsten is volgens Blom het ondenkbare en het nog niet zichtbare aanschouwelijk en voelbaar te maken zodat het een nieuwe gestalte kan krijgen.[23] Vanuit mijn artistieke praktijk wil ik me graag bij dit standpunt aan te sluiten door onder andere planten, algen of bacteriën in mijn proces op te nemen als coauteur van het beeld en zo hun verhaal kenbaar maken en hun zichtbaarheid in de maatschappij verhogen door middel van organische fotografische procedés. Een verbeelding die zijn narratief ontleent aan de kritieke zone en de wetenschappen.

















[1]Harari, Y.N. (2018) Homo Deus, een kleine geschiedenis van de toekomst, Amsterdam: Thomas Rap.

[2]Harari, Y.N. (2018) Homo Deus, een kleine geschiedenis van de toekomst, Amsterdam: Thomas Rap.

[3] Rushkoff, D. (2019) Team Human, New York: W.W. Norton & Company. p.103.

[4]Latour, B. (2018) Waar kunnen we landen? Politieke oriëntatie in het nieuwe klimaatregime. Amsterdam: Octavo Publicaties, p. 12.

[5]Over het web van betekenis, zie Harari, Y.N. (2018) Homo Deus, een kleine geschiedenis van de toekomst, Amsterdam: Thomas Rap;

Latour, B. (2018) Waar kunnen we landen? Politieke oriëntatie in het nieuwe klimaatregime. Amsterdam: Octavo Publicaties.

[6]https://www.demorgen.be/politiek/peiling-kwart-van-de-belgen-voor-vervanging-van-parlementaire-democratie~b3a0a51f/.

[7]Monbiot, G. (2018) Uit de puinhopen, een nieuwe politiek in een tijd van crisis. Rotterdam: Lemniscaat, pp. 9-33;

Blom, F. (2020) Het grote wereldtoneel. Over de verbeeldingskracht in crisistijd. Amsterdam: De bezige bij; Rushkoff, D. (2019) Team Human, New York: W.W. Norton & Company.

[8]Monbiot, G. (2018) Uit de puinhopen, een nieuwe politiek in een tijd van crisis. Rotterdam: Lemniscaat, p. 9;

[9] Carle, R. (2019) Science Art, Activism: Building the Web. ALSE-Conference.

[10]Latour, B. (2018) Waar kunnen we landen? Politieke oriëntatie in het nieuwe klimaatregime. Amsterdam: Octavo Publicaties, p. 108.

[11]Blom, F. (2020) Het grote wereldtoneel. Over de verbeeldingskracht in crisistijd. Amsterdam: De bezige bij, p. 104.

[12]Mancuso, S. (2018) Plantenrevolutie. Hoe planten onze toekomst bepalen. Amsterdam: Uitgeverij Cossee.

[13]Blom, F. (2020) Het grote wereldtoneel. Over de verbeeldingskracht in crisistijd. Amsterdam: De bezige bij.

[14] Haraway, D. (2016) Staying with the trouble: Making Kin in the Chtulucene. Londen: Duke University Press.

[15]Monbiot, G. (2018) Uit de puinhopen, een nieuwe politiek in een tijd van crisis. Rotterdam: Lemniscaat;

Rushkoff, D. (2019) Team Human, New York: W.W. Norton & Company;

Latour, B. (2018) Waar kunnen we landen? Politieke oriëntatie in het nieuwe klimaatregime. Amsterdam: Octavo Publicaties;

Stieglitz, J.E. (2019) Winst voor iedereen, Progressief kapitalisme in een tijd van onvrede. Amsterdam: Athenaeum;

Blom, F. (2020) Het grote wereldtoneel. Over de verbeeldingskracht in crisistijd. Amsterdam: De bezige bij.

[16] Simons, M. (2017). The Parliament of Things and the Anthropocene: How to Listen to ‘Quasi-Objects’ Techné: Research in Philosophy and Technology, 21(2), 150–174. https://doi.org/10.5840/techne201752464

[17]Mancuso, S. (2020) De universele rechten van de plant. Amsterdam: Uitgeverij Cossee.

[18]Rancière J. (2015) De geëmancipeerde toeschouwer. Amsterdam: Octavo Publicaties.

[19]Een samenleving+ houdt in dat de stem van alle actoren op onze planeet telt, en dus van een inclusieve samenleving. Een samenleving- gaat uit van een exclusieve samenleving, waarbij minderheidsgroepen of niet-menselijke actoren niet meetellen.

[20] Rushkoff, D. (2019) Team Human, New York: W.W. Norton & Company. p. 214

[21] Guattari, F. (2000) The Three Ecologies, Londen: The Athlone Press.

[22] Demos, T.J. (2017) Against the Anthropocene, Visual Culture and Environment Today. Berlijn: Sternberg Press.


[23]Blom, F. (2020) Het grote wereldtoneel. Over de verbeeldingskracht in crisistijd. Amsterdam: De bezige bij, pp. 114-125.